Vaarjargon voor Kielboot 1

Vaarjargon is meteen al een moeilijke term. Jargon betekent vaktaal. Dus vaarjargon is de vaktaal voor op het water. We noemen het ook wel nautische termen of nautische begrippen. Nautisch betekent dat het gaat om de watersport of scheepvaart. Het gaat hier dus om het taalgebruik op het water, zo kun je het het beste omschrijven.

Je kunt “waterratten” en “landrotten” herkennen aan de taal die ze gebruiken. Maar wat betekent wat?

Welke termen moet je kennen?

Koersen

Hoge zijde (kant) en lage zijde (kant)

De hoge zijde of hoge kant is de loefzijde van de boot. De kant waar het grootzeil niet staat. De lage zijde of lage kant is de lijzijde van de boot. Dat is dus de kant waar het grootzeil staat.

Killen van het zeil

Het killen van het zeil is het tegenbollen van het zeil. Dit gebeurt als eerste bij het voorlijk (voorkant van het zeil). Dit komt als het zeil niet hard genoeg is aangetrokken of als dit wel zo is dat je te scherp vaart.

Het killen kan je voorkomen door de schoot verder aan te trekken of door wat minder scherp te varen.

Opkruisen

Omdat je niet tegen de wind in kan zeilen, moet je opkruisen om een bovenwinds punt te bereiken. Opkruisen wil zeggen dat je aan de wind vaart, vervolgens overstag gaan en over de andere boeg weer aan de wind varen. Dit eventueel één of meerdere keren herhalen.

Hoogte winnen

In een windvlaag kun je altijd even oploeven. Doordat de werkelijke wind even toeneemt valt de wind even wat ruimer in. Hierdoor kun je oploeven. Als de windvlaag ophoudt dan moet je weer afvallen om niet in de wind te komen. Door dit bij elke windvlaag te doen, kun je elke keer weer wat hoogte winnen.

Verlijeren op het juiste moment

Normaar gesproken wil je zo min mogelijk verlijeren. Verlijeren wil zeggen dat je zijwaards verplaatst (driften). Je wordt door de wind opzij gezet. Verlijeren komt doordat je de luchtstroming niet goed in je zeil hebt. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren als je je zeil te strak hebt aangetrokken of omdat je je zwaard niet (helemaal) in hebt.

Soms wil je juist verlijeren. Bijvoorbeeld als je te hoog vaart en je hoogte wilt verliezen. Dat kun je dan doen door even je zwaard op te halen.

Wat hebben we nu geleerd?

We hebben nu een aantal basistermen geleerd. We weten nu wat in de wind liggen is, het verschil tussen hogerwal en lagerwal, het verschil tussen bakboord en stuurboord en het verschil tussen de loefzijde en de lijzijde.